Google »

Scholing leerkrachten TOS

kenmerken auditieve verwerkingsproblemen (AVP)


vaak aangeven iets niet gehoord te hebben (huh, wat zeg je?)
de ander niet goed kunnen verstaan wanneer er achtergrondgeluid is
de ander wel goed kunnen verstaan in een rustige situatie
mondelinge opdrachten moeizaam begrijpen, vooral als ze lang en ingewikkeld zijn
vaak iets verkeerd verstaan
meer tijd nodig hebben om uit te vinden wat er gezegd is en zodoende vaak om herhaling vragen
moeite hebben met het onthouden van mondelinge informatie. Mondelinge informatie wordt snel vergeten, schriftelijke informatie wordt beter onthouden
snel afdwalen bij gezamenlijke gesprekken of in kringgesprekken (op andere momenten wanneer er niet gesproken wordt, kunnen zij hun aandacht wel voldoende richten)
inadequate antwoorden geven op vragen of opdrachten. De antwoorden zijn vaak niet passend bij de gestelde vraag of opdracht.
("Kinderen met luisterproblemen", uitgave van Fenac, K. Neijenhuis & UMC St. Radboud afdeling KNO/AC, januari 2005)

uitleg over de werking van solo apparatuur (wat doet de apparatuur)


Het onderliggende doel van solo apparatuur is dat de stem van de leerkracht weer verstaanbaar wordt overgedragen op de leerling. Randvoorwaarde hierbij is dat er sprake is van een lessituatie waarin auditieve informatieoverdracht plaatsvindt.

Solo apparatuur neemt de stem van de leerkracht op dicht bij de mond, zendt de informatie via FM verbinding naar de ontvanger, en de ontvanger biedt het geluidssignaal rechtstreeks aan op het oor.

Het gebruik van de apparatuur zorgt ervoor dat de stem van de leerkracht onafhankelijk van de afstand tussen leerkracht en leerling op een constant geluidsniveau wordt aangeboden alsof de spraak met 70-80 dB bij het oor komt. Bij normale instelling van de apparatuur betekent dit dat dit geluid ruim boven het omgevingsgeluid uitkomt; dit resulteert in een verbetering van 20-30 dB in de signaal-ruis verhouding.

voordelen en beperkingen van apparatuur


voordelen van de apparatuur
de leerling kan de leerkracht beter verstaan, doordat de stem van de leerkracht beter bij hem/haar binnenkomt.
doordat de leerling de leerkracht beter kan verstaan, zal hij deze vaak beter begrijpen en zijn/haar aandacht beter kunnen richten op de leerkracht.

nadelen van de apparatuur
de apparatuur is gevoelig voor storing. Frequenties kunnen op elkaar storen, bij gebruik van meerdere frequenties binnen een gebouw.
de microfoon wordt op de kleding van de leerkracht bevestigd. Hierdoor treedt er geregeld kledingruis op.
de microfoon van de solo apparatuur pikt de stem van de leerkracht op, maar niet de stemmen van de andere kinderen in de groep. Deze worden dus niet beter waargenomen.

momenten van dragen van de apparatuur


De solo apparatuur kan op verschillende momenten binnen school worden ingezet. Bij het gebruik van solo apparatuur binnen het kleuteronderwijs, wordt de solo gedragen tijdens kringmomenten, liedjes zingen en voorlezen. Wanneer solo apparatuur in kringsituaties wordt gebruikt, is het vaak lastig voor kinderen om hun klasgenoten voldoende te kunnen verstaan. Het heeft in deze situaties de voorkeur om de zender op een voorwerp te plaatsen (bijv. een beer) en dan door te geven.
Tijdens buiten spelen, vrij spelen en NGT lessen wordt ervoor gekozen de apparatuur uit te zetten (zender op "mute") of niet te dragen. Zeker wanneer kinderen veel bewegen en spelen, verdient het de voorkeur de ontvangers af te doen, zodat deze niet kapot gaat of kwijt raakt.

Vanaf groep 3 wordt de apparatuur gedragen tijdens onder andere instructiemomenten, kringmomenten, voorlezen en zingen. Tijdens zelfstandig werken, NGT lessen en buiten spelen wordt ervoor gekozen de apparatuur uit te zetten of niet te dragen.

Tijdens de vaklessen, m.u.v. gym, wordt de apparatuur gewoon gedragen. De momenten van dragen zijn uitgewerkt in een uitgebreid  overzicht (.doc).

opladen en bediening van de zender (aan-uit, kinderslot)


De zender moet elke nacht worden opgeladen. Elke zender heeft een vaste frequentie. De ontvangers van de kinderen uit de betreffende groep zijn ingesteld op de frequentie van deze zender. Per zender is de bediening anders. Bij de leverancier zijn spreadsheets verkrijgbaar, met daarop kort de belangrijkste informatie over de bediening van de apparatuur. Hierop staat bijvoorbeeld beschreven hoe de zender aan en uit gaat, hoe de microfoon aan en uit gaat en hoe de zender op kinderslot te zetten is. De spreadsheets van de meest gebruikte zenders vindt u hier.

bediening van de microfoon (aan-uit)


De bediening en verschillende standen van de microfoon zijn terug te vinden op de spreadsheets van de leveranciers. Deze zijn de vinden op www.phonak.nl en toevoegen.

bediening ontvangers


De ontvangers die de leerlingen gebruiken, hebben per model een andere bediening. Sommige ontvangers kun je harder of zachter zetten met een knop op de ontvanger (bijvoorbeeld bij de Mylink van Phonak). Andere ontvangers kun je alleen via de computer harder/zachter instellen (bijvoorbeeld de Mlxs ontvangers van Phonak). Informatie over de bediening van de ontvangers worden beschreven in de spreadsheets van de leveranciers. Deze zijn de vinden op www.phonak.nl en toevoegen.

controle van de werking van de apparatuur


een kind met oorhangers en solo apparatuur
Wanneer een kind met oorhangers solo apparatuur draagt, kan de werking eenvoudig worden gecontroleerd door mee te luisteren met de stetoclip/luistervink. De oorhanger met ontvanger wordt aan de stetoclip gehangen. De leerkracht hangt de zender om, en de logopedist luistert of de solo apparatuur inderdaad werkt. Dit kan eenvoudig gecontroleerd worden door op de microfoon van de zender te tikken. Wanneer dit getik gehoord wordt via de solo, werkt de apparatuur (zowel zender als ontvanger).
een kind met solo apparatuur (zonder oorhangers)
Er kan meegeluisterd worden door de ontvanger tegen het eigen oor aan te houden, en te luisteren of deze inderdaad werkt.

De logopedisten of technische ondersteuning binnen de school kunnen helpen bij het meeluisteren naar de apparatuur en met het beoordelen van de werking van de apparatuur.

introductie bewaardozen solo apparatuur


Wanneer meerdere kinderen binnen een klas solo apparatuur dragen, is het belangrijk de apparatuur zorgvuldig op te bergen. Dit zowel aan het eind van de dag, als op momenten dat de apparatuur even uit wordt gedaan. Het is namelijk belangrijk dat de ontvangers van de kinderen niet door elkaar raken.

Per klas kan er een bewaardoos worden gebruikt. Daarin heeft iedere leerling een eigen vakje (met naamlabel), waarin hij zijn apparatuur kan opbergen. Wanneer de leerling de solo apparatuur uitdoet, bergt hij/zij deze altijd op in de bewaardoos.

wat te doen bij problemen


Wanneer de technisch vakman/logopedist de apparatuur controleert, kan naar voren komen dat de zender of ontvanger kapot is. Deze moet dan ter reparatie worden opgestuurd aan de leverancier. Het kan hierbij nuttig zijn, gezien de kosten van de apparatuur, om de apparatuur verzekerd te versturen. Vaak kan op dat moment reserve apparatuur worden ingezet (zender of ontvanger), zodat de betreffende klas of leerling niet zonder apparatuur komt te zitten.